Het is lelijk
'Het is een goede dag om dood te gaan.' denk ik wanneer ik veel eerder dan verwacht op zaterdagochtend de deur uitstap. Het regent. Best wel hard en de lucht is grijs. Ik snap dat er een charme zit in overlijden op een zonnige, windstille dag. Dat nabestaanden dan een vlinder kunnen spotten en denken 'ah, nog een laatste knipoog.' Maar heel eerlijk, ik had geen zon gewild op deze dag. Het is een verrekte verdrietige dag. Voor de derde keer worden we als familie in een gat geduwd. Hij is er niet meer. Weer dat lege gevoel. Dat ongeloof. Dat gevoel iets vast te willen pakken wat er plots niet meer blijkt te zijn. Alsof je je een droom probeert te herinneren die alleen maar vager wordt naarmate je de herinnering oproept.
Het is een goede dag om dood te gaan. Een goede dag, geen mooie dag. Want het is niet mooi. Het is lelijk, zo ontzettend lelijk. Rode ogen en betraande wangen zijn lelijk. Elkaar vasthouden terwijl je eigenlijk hem vast wilt houden is lelijk. De binnenkant van het ziekenhuis is lelijk. Het gevoel van vastzitten in een nare droom is lelijk. Een tijd lang lijkt het alleen maar lelijker te worden, totdat je na een poosje weer kiertjes licht vind. Het wordt een kwestie van naar het licht zwemmen. Meestal gaat dat goed maar soms voelt het als verdrinken. Wanneer je uit het raam kijkt naar de plek waar je hem voor het laatst vastpakte, bijvoorbeeld. Of wanneer je op het trottoir staat waar je besloot dat het een goede dag was om dood te gaan. Een goede dag om dood te gaan, een uitstekende keus. Hij heeft altijd een goede smaak gehad.
Reacties
Een reactie posten